Beste luisteraar,
Lezer,
Ik verkeer in de vorm van mijn leven. U ziet het natuurlijk niet van waar u momenteel zit of staat of misschien zelfs ligt, eventueel naakt en in een dubieuze positie gewrongen. Weet ik veel hoe u zich het liefst te goed doet aan mijn literatuur… Dat is volledig uw eigen huishouden, waarmede ik mij niet heb te bemoeien. Ik kan me er alleen maar wat bij voorstellen. Zoals elke burger heb ik namelijk ook zo van die dagen dat een doordeweekse missionarishouding niet voldoet aan de torenhoge verwachtingen. Een boekje erbij (de Balzac) en de hemel klaart vaak al snel op. Mijn vriendin leest graag.
Waar ik eigenlijk op tracht aan te sturen is dat ik tegenwoordig de vruchten pluk van een uitstekende fysieke conditie. Afgelopen zomer maakte ik zelfs mijn comeback in het voetbal. Door de sterke prestaties van de Rode Duivels op het wereldkampioenschap in Rusland is dat de nationale media wat ontgaan. Ik blijf er sereen bij en gun die jonge voetballertjes het licht van de schijnwerpers wel. Waar het leven zich namelijk écht afspeelt is na de uren, op de helft van een hobbelig grasveld in het Jubelpark of zoals afgelopen woensdag op een synthetisch grasveld in een moderne voetbalschuur te Laken. “Fit Five” heet het. Toepasselijk, want iedereen bleek welgeteld slechts vijf minuten fit. Daarna was het één en al gehijg, temporiseren, krampen en pottenstampen.
Het leuke aan deze groep is de heterogeniteit ervan. Daarmee bedoel ik niet dat er nooit eens een bemoedigende klets op iemands poep mag gegeven worden wanneer hij de doelman van de tegenstander het nakijken geeft na een geslaagde penetratie in het doelgebied, of als er eens lekker tussen de benen wordt gespeeld, of wanneer een verdediger tijdens een heet standje er nog net een voetje tussen kan steken. Neen. Ik bedoel dat de groep divers is in gestalte, persoonlijkheid en stijl. Het is voor mij een bijna wekelijks, deugddoend geheugensteuntje dat ik de mensheid nog niet beu ben en wanneer ik eens een bal tegen de touwen jaag, ook mijzelf nog niet. En dat kan tellen, na een intieme relatie van bijna 32 jaar.
De manier waarop ik meestal tot scoren kom is door het eerst een half uur, onopvallend, heel rustig aan te doen om vervolgens een tiental minuten in het rond te hossen wanneer de anderen moe gebikkeld zijn. Zo rolt er altijd wel eens iets binnen. Dat is ook zo mooi aan woensdagavond-voetbal. We scoren allemaal wel eens keer. Ieder op zijn eigen manier en nooit zonder de assistentie van een ploegmakker. Symbolischer kan niet. Iedereen kan wel iets heel erg goed, wat een ander niet kan.
Mijn specialiteiten zijn: het spel vertragen, zoals Axel Witsel maar dan zonder de flair, wegdraaien van een verdediger, zoals Eden Hazard maar dan zonder de explosiviteit, koppen zoals Marouane Fellaini maar dan zonder de bal, de bal aannemen zoals Romelu Lukaku maar zonder de kracht en snelheid om het goed te maken en tenslotte wanneer ik in doel sta, de bal tussen de benen laten glippen zoals Thibaut Courtois… Precies zoals hij maar zonder de voorafgaande wereldsaves. “Polyvalent” heet dat.
Ik wil gewoon maar zeggen, geachte Roberto Martinez, kom toch eens een keertje kijken. Wat heb je te verliezen? Er schuilt een Rode Duivel in elk van ons.